Juffrouw muziek

Over de lagere school is  veel te vertellen. Ook bij mij komen enkele flarden boven.

Ik herinner me dat de klassen erg groot waren. De buitengewoon diciplinair ingestelde juffrouw Van der Veer moest meer dan veertig kinderen leren schrijven, lezen en rekenen. Jullie weten het ontgetwijfeld nog wel: twee persoonsbankjes met onder het schrijfblad ruimte voor boeken en schriften. Op het blad en ingefraise inktpotjes met metalen schuifjes. Later, toen mijn kinderen klein waren, heb ik op een rommelmarkt zo’n tweepersoonsbankje gekocht. Opklapbare houten zitting gemonteerd op mooi gesmeed stalen frame. Tegenwoordig staat het ding op zolder waar mijn kleinkinderen er nog uren zoet op tekenen en kleuren.

De eerste ervaringen met schrijven waren behoorlijk traumatisch. Mijn fijne motoriek heeft altijd te wensen overgelaten wat tot op de dag van vandaag heeft geresulteerd in een bijkans onleesbaar doktershandschrift. Maar als kind moest je de kroontjespen in de inktpot dopen en daarna met het puntje van de tong tussen de tanden de letters op het bord naschrijven. De grootste doodzonde die je kon begaan was het veroorzaken van een klad, een hoeveelheid inkt die uit de kroontjespen plof op je pas geschreven letters viel. En dat was precies wat mij natuurlijk overkwam. Er verscheen een prachtige zwarte ster op de bladzijde van mijn schriftje. Van schrik sloeg ik de bladzijde snel om zodat de klad van kwaad tot erger werd. Waarom herinner ik me dat zo goed ? Omdat juffrouw van der Veer mij daarvoor een verschrikkelijke draai om mijn oren gaf. Dat kon kennelijk in die tijd.

Het leukste op school vond ik zangles want zingen had ik geleerd van mijn altijd zingende moeder. De zangles werd gegeven door een muziekjuffrouw die tevens de leiding had over het jeugdkoor in de kerk. Al de eerste avond belde zij bij ons thuis aan om aan mijn ouders te vragen of in haar jeugdkoor mocht. Na enige tijd kwam zij opnieuw bij ons langs om mijn ouders te vragen of ik bij haar op muziekles mocht. Hoewel ik juichte van enthousiasme ging dat feest nier door. Muzieklessen kostten geld en dat was er bij ons thuis gewoon niet. Daarna heeft Juffrouw Muziek nog ettelijke pogingen ondernomen om mijn ouders te bewegen het door haar herkende muzikaal talent te ontwikkelen, helaas zonder succes. In het jeugdkoor zong ik het hoogste lied. Tussen mijn 9e en 11e jaar zong ik een solopartij tijdens de ’s zondagse hoogmis in een volle kerk. Het was blijkbaar erg mooi want de mensen keken achterom omhoog naar het koor. De solo deed ik afwisselen samen met een oude man die een zware bas had. Mijn hoge sopraan, afgewisseld met een kleine oude man die diepe mannelijke bas jhad, gaf een erg mooi effect. In de kerstnacht zong ik een mooi Duits kerstlied. Ik beschik nog over een een band die kan worden afgespeeld op de eerste generatie-bandrecorders. Toen ik na het afsluiten van mijn loopbaan weer begon met zingen bleek dat ik nog steeds een meer dan uitstekend muzikaal geheugen heb. Tegenwoordig zing ik in ” Shantykoor Het Ruime Sop” uit Bussum als tweede tenor, ook een solo. Ik vindt het heerlijk om nieuwe liederen "in te slijopen". Met dank aan mijn moeder, maar ook aan  "Juffrouw Muziek" waarvan ik de naam helaas niet meer weet.

Go, februari 2012