De Liefde 

Ik vroeg dat ook eens aan de liefde. Zeg liefde, heb jij dat ook dat je in dromerige buien als groot dirigent voor een orkest zou willen staan? Zou jij ook een beroemd pianist willen zijn, wereldkampioen schaken of als groot cabaretier een hele zaal laten schaterlachen? Heb jij je vroeger ook vereenzelvigd met Arendsoog, Pim Pandoer, Old Schatterhand en alle andere goede helden? Heb jij ook ooit missionaris willen worden in Borneo of een pastoor die zijn donderspeeches over de hoofden van een volle kerk kon laten neerdalen? Heb jij ook ooit Johan Cruijff willen zijn of Cassius Clay? En dat je met geniale optieconstructies op de beurs multimiljonair zou worden? En dat je dan mooi huizen kocht voor je kinderen en studiebeurzen voor je kleinkinderen en een prachtig klooster zou laten bouwen in de Karpaten om daar vrij en ongebreideld te kunnen dromen? 

Nee, zei de liefde, die idiote fantasieën van jou heb ik gelukkig niet. Ik bijf liever met mijn benen op de grond. Heb je er trouwens wel eens aan gedacht dat wanneer jij je tijd besteedt aan je dromen, de liefde boodschappen doet, de maaltijden klaar maakt, de ramen lapt, de was doet, bedden opmaakt, het huis schildert, in de tuin werkt, poetst, stofzuigt, haren uit het doucheputje vist en appeltaarten bakt die jij zo lekker vindt? 

En zo valt, door de liefde, een dromer zonder parachute uit de wolken en landt gebroken op aarde. 

Knipoog,

Go