De bijl

 

De bijl

De natie is weer eens van zinnen beroofd

Gepeupel zwermt door de straten

Want er wordt op het plein weer een schepsel onthoofd,

gestraft door zeer strenge dictaten.

 

Het schoffeerde de regels van kerk en staat

Ontpopte zich als een ketter

in de ogen van bisschop en magistraat,

want het leefde niet naar hun letter.

 

Vanaf een steen spatten woedende vonken

De beul slijpt de bijl, van bloeddorst al dronken.

Dit spetterend voorspel behoort tot het lijden.

 

Een mens legt het hoofd op het hakblok terneder

En zie lieve lezers, het bloed spuit alweder

En zo zal het gaan tot het einde der tijden. 

Go