FEESTELIJKE PIJN

Het begon een jaar of acht geleden tijdens een wandelvakantie in de Vogezen. In een dag tijd ontwikkelde zich een scherpe pijn in de kleine teen van mijn rechtervoet. Aan de wandelschoenen kon het niet liggen want die hadden zich al vele jaren keurig gezet naar mijn voeten. Ik vond het verschrikkelijk. Niet vanwege de pijn maar omdat het lopen vanaf dat moment niet meer mogelijk was. Ik kon me er nog niet bij neerleggen en heb de dag daarna nog eens flink doorgebeten, gewandeld dwars door de pijn heen. Ik kwam thuis met tranen in de ogen. 

Vanaf dat moment hield ik de pijn, ook in alle andere schoenen die ik had, zelfs thuis in de pantoffels. Aan de kleine teen zelf was niets te zien, geen zwelling, niets. De pijn ontstond als ik de teen ergens mee aanraakte. Om toch op schoeisel te kunnen lopen sneed ik met een stanleymes een flink stuk uit mijn rechterschoen zodat de teen er doorheen stak en dus geen druk ondervond.  Datzelfde gat knipte ik ook in mijn rechter pantoffel en de sportschoen. De huisarts bekeek het teentje van alle kanten, bevoelde en bedrukte het maar stond voor een raadsel en stuurde me naar de podoloog. Deze ging aan de gang met allerlei steunzolen maar het hielp allemaal niets. Maanden later stapte ik opnieuw naar de huisarts. Deze informeerde of ik het nog niet een tijdje zou kunnen aanzien. “Misschien gaat het vanzelf over”, zei ze. 

Helaas, de pijn werd alleen maar scherper. Het wandelen, een van mijn grote hobby ‘s , leek definitief van de baan. De lichaamsbeweging liep hollende terug en het lichaamsgewicht nam dienovereenkomstig toe. Twee jaar later ging ik opnieuw naar de huisarts met de vraag om mij door te sturen naar de orthopedisch chirurg. Deze fotografeerde het teentje aan alle kanten maar ook hij kon niets vinden. Maar Ik wilde hoe dan ook van de pijn af en vroeg de goede man om de teen desnoods te amputeren. Dit weigerde hij pertinent omdat die ingreep onevenredig grote nadelen met zich zou meebrengen. Evenwichtsverlies en zo. Na een poosje peinzend naar het geval te hebben gestaard stelde hij voor om zijn collega, de plastisch chirurg te raadplegen. Deze specialist heeft meer expertise en ervaring  op het gebied van de allerkleinste zenuwen. 

De plastisch chirurg tastte eveneens in het duister. De man merkte wel dat het mij menens was. Iemand vraagt niet zo maar om amputatie. Hoewel hij er totaal niets voor voelde om in mijn teentje te gaan peuteren stemde hij er uiteindelijk in toe het gevalletje open de maken en een bepaalde zenuw te verwijderen. Dit met het doel het protesterende lichaamsdeel gevoelloos te maken. De afspraak werd gemaakt. In het ziekenhuis kreeg ik het intakegesprek  en koos voor volledige narcose. De volgende ochtend zou de operatie plaats vinden. 

’s Avonds thuis ging ik uitgebreid onder de douche en kon het niet nalaten om, zittend op de vloer in een soort foetushouding de teen voor de zoveelste keer te bekijken en te bevoelen. Mijn vrouw Trudi, die ook lid is van het medisch circuit,  stond er meewarig bij te kijken. Ze staat er om bekend dat ze werkelijk alles ziet en heeft daardoor de naam gekregen dat ze haviksogen heeft.

“Kom, laat mij die teen dan  nog eens grondig onder de loupe nemen”stelde ze voor. Maar opnieuw kon ik de locatie van de pijn niet aangeven. Gelukkig staat Trudi niet alleen bekend om haar haviksogen maar ook om haar doorzettingsvermogen. Ze gaf aan nog een ding te willen proberen. Daartoe nam ze een luciferhoutje en begon millimeter voor millimeter de teen af te drukken. Nadat ze hier enige tijd mee bezig was gaf ik plotseling een kreet. Ik voelde het, ze had het pijnpunt te pakken !. Zou dat dan de betreffende zenuw zijn ? 

Maar Trudi’s onderzoek was nog niet afgelopen. Uit het naaimachinelaatje nam ze het vergrootglas dat ze wel eens gebruikt bij het borduren. En toen kwam na enkele seconden de enige echte goede diagnose:“Er zit daar een eksteroogje dat zo klein is dat je het met het blote oog niet ziet!”. Vervolgens nam ze uit hetzelfde laatje het allerkleinste rijgspeldje en begon daarmee de desbetreffende vierkante millimeter open te peuteren. De operatie duur vijf minuten. Dat peuteren gaf me een soort feestelijke pijn. 

En zie, ik kleedde me aan, trok mijn gewone schoenen aan, maakte voorzichtig een paar stappen en merkte dat het weer ging. Dat het buiten pijpenstelen regende kon me niet schelen, ik maakte meteen op gewone schoenen een wandeling van  een half uur en kwam juichend thuis. De al zo lang knagende pijn was volstrekt verdwenen. Die avond schreef ik nog een zeer pijnlijke brief, gericht aan de huisarts, de podoloog, de orthopedisch en de plastisch chirurg.. 

Sindsdien wandelen we weer  heerlijk en veel.  Af en toe groeit het eksteroogje weer en beetje aan maar daar heb ik dan best een beetje feestelijke pijn voor over. 

Go

Maak jouw eigen website met JouwWeb